Muziek Albert

 

 

In de Van Gogh homestudio neem ik vanaf 2013 allerlei liedjes op, eigen werk en covers. Met behulp van een digitale Zoom R8 recorder speel en zing ik op de drum na alles zelf in. 

 

Om te beginnen nummers die ik in de zeventiger jaren schreef. Een aantal daarvan vormden onderdeel van het repertoire van Pia & the P's en later The Next; sommige kwamen niet verder dan de oefenruimte of, vaak omdat de teksten maar half af waren, haalden die zelfs niet. Het album, As long as the guitar plays, zal ooit op deze site te beluisteren zijn. Al wel beschikbaar zijn de outtakes van alle 11 liedjes uit de zeventiger jaren. Vanaf 2011 schrijf ik af en toe weer nieuwe nummers, waaronder Drone uit 2013. 

 

Een tweede project behelst covers van rhythm & blues nummers. Hoewel de meeste liedjes vóór de zestiger jaren en in de VS werden geschreven, werd het genre vooral populair doordat in de eerste helft van de zestiger jaren vrijwel alle toonaangevende Britse bands massaal die liedjes coverden (en er veel succes mee hadden).    

 

Een derde project gaat over rock in de sixties en seventies, een van mijn andere favoriete muziekgenres. Je zal misschien niet snel uitkomen op Frankie Miller, maar deze onderschatte zanger heeft naast ballads ook mooie rocknummers gemaakt, waaronder Aint got no money uit 1975. En de vooral van The Small Faces bekende Steve Marriott scoorde met Humble Pie een hit met het in 1969 geschreven Natural Born Bugie. Jumping Jack Flash van The Rolling Stones vormde het startpunt van hun gouden periode (1968-1972).

 

Country Music vormt het vierde project. Een studievriend probeerde mij ooit uit te leggen dat countrymuziek rechtse, reactionaire redneckmuziek was en overigens sentimenteel en oubollig. Blues daarentegen was pure muziek, zwart uiteraard, de bron van alle daaropvolgende muziek en sowieso aan de goede kant van de geschiedenis. Misschien was dat ooit een beetje zo, maar als Dylan, the Rolling Stones, the Eagles, Little Feat, Wilco en zovele andere onverdachte musici het niet konden laten country te spelen vond ik niet dat ik mij schuldig hoefde te voelen dat ik country(rock) eigenlijk heel leuk vond en vind. En dus speel ik dat ook graag. 

 

Ook mag een rubriek guilty pleasures niet ontbreken. Ik heb er vele zoals Marmor stein und eisen bricht van Drafi Deutscher. Duitse schlagerrock, maar een megahit in het bijzondere muziekjaar 1965 (Help, Satisfaction, Like a rolling stone).

Een jaar eerder, toen de hitlijsten alom gedomineerd werden door britse rockgroepen, veroverde de siciliaanse belg Adamo de europese hitlijsten met Vous permettez, monsieur? De best verkochte single van 1964.

Smoking cigarettes was slechts het B-kantje van de niet heel succesvolle single In my house van het tweede album, Winter Harvest, van the Golden Earrings. Ik vond het eigenlijk altijd d A-kant.  

Buitencategorie van de popmuziek.

 

 

meest recent ........

well alright

(allison / holly / maulding / petty, 1958)

ik kan het niet alleen

(arzback, broek, huub van der lubbe, 1989)

detroit city

(danny dill / mel tillis, 1963)

carol

(chuck berry, 1958)

summer of 69

(bryan adams / jim vallance, 1984)

summertime blues

(crochan / capehart, 1958)

legal matter

(pete townshend, 1965)

don't stop

(christine mcvie, 1977)